volgende
vorige
items

Press Release

Ministers moeten krachten bundelen om gezond milieu voor pan Europese regio te verwezenlijken

Taal wijzigen:
Press Release Gepubliceerd 28-09-2007 Laatst gewijzigd 27-02-2023
Volgens een nieuw rapport van het Europees Milieuagentschap (EMA), dat vandaag wordt gepubliceerd, wordt het milieubeleid in de pan-Europese regio belemmerd door lacunes in zowel de informatie als de uitvoering.

Het rapport, Het milieu in Europa: de vierde balans, werd gepresenteerd tijdens de openingsvergadering van de zesde ministeriële conferentie 'Environment for Europe' (Milieu voor Europa), die plaatsvindt in de Servische hoofdstad Belgrado onder auspiciën van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (UNECE).

Het milieu in Europa: de vierde balans is de meest recente in een reeks beoordelingen van het pan-Europese milieu die het EMA de afgelopen 15 jaar heeft gepubliceerd. Het rapport onderzoekt de vooruitgang op milieugebied in 53 landen — een gebied met een totale bevolking van meer dan 870 miljoen mensen. De regio omvat Oost-Europa, de Kaukasus en Centraal-Azië (OEKCA), Zuidoost-Europa (ZOE), en West- en Centraal-Europa (WCE).

Een van de belangrijkste aanbevelingen van het rapport is dat bestaand beleid beter moet worden uitgevoerd en dat er heldere, realistische doelen moeten worden gesteld. Er is echter eveneens dringend behoefte aan een gedeeld milieu-informatiesysteem waarmee het heersende gebrek aan betrouwbare, toegankelijke en vergelijkbare milieu-informatie in de gehele regio kan worden verholpen.

"We moeten in heel de pan-Europese regio de wil om milieuvraagstukken aan te pakken, verder versterken. Daarvoor is nodig dat we beter inzicht hebben in de problemen waar we voor staan, de aard van die problemen en de spreiding ervan over samenlevingen en generaties. Met behulp van analyse, beoordeling, communicatie en voorlichting zullen we deze ‘informatiekloof’ kunnen dichten en degenen die actie moeten ondernemen daartoe beter kunnen uitrusten", aldus professor Jacqueline McGlade, uitvoerend directeur van het EMA.

De meeste vormen van milieubelasting in de regio zijn volgens het rapport het gevolg van economische activiteiten als landbouw, toerisme, vervoer en energie. Ook de huidige consumptie- en productiepatronen vergen steeds meer van de natuurlijke hulpbronnen, waardoor ons milieu nog meer onder druk komt te staan.

Dit alles heeft uiteenlopende gevolgen: er bestaan binnen de pan-Europese regio grote verschillen in de kwaliteit van water, lucht en bodem. Meer dan 100 miljoen mensen hebben geen toegang tot veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen. In veel landen in Oost-Europa, de Kaukasus, Centraal-Azië en Zuidoost-Europa is de kwaliteit van de watervoorziening en waterzuivering de afgelopen 15 jaar achteruitgegaan. De plattelandsbevolking, aldus het rapport, heeft daarvan het meest te lijden.

Hoewel er op het gebied van luchtverontreiniging enig succes is geboekt, wordt geschat dat de huidige verontreinigingsniveaus — hoofdzakelijk stikstofoxide, kleine deeltjes en ozon op leeniveau — de gemiddelde levensverwachting in West- en Centraal-Europese landen met bijna een jaar verkorten en een bedreiging vormen voor de gezonde ontwikkeling van kinderen. Verondersteld wordt dat de situatie in Oost-Europa, de Kaukasus en Centraal-Azië al even weinig rooskleurig is: hier zijn de meeste luchtverontreinigende emissies sinds 2000 toegenomen met 10% als gevolg van economisch herstel, stijgende vervoersvolumes en een aanhoudend lage effectiviteit van beleid ter bestrijding van luchtverontreiniging.

In het rapport, dat een uitgebreide beoordeling bevat van het mariene milieu in de pan‑Europese regio, wordt met name bezorgdheid geuit ten aanzien van overbevissing, eutrofiëring en een toenemende belasting van het milieu in kustgebieden. Het aantal grote accidentele olielozingen in Europese wateren is weliswaar afgenomen, maar er is nog altijd sprake van een beduidend aantal olielozingen als gevolg van dagelijkse activiteiten.

De doelstelling om het verlies aan biodiversiteit vóór 2010 tot staan te brengen, zal niet worden gerealiseerd zonder aanzienlijke extra inspanningen. Meer dan 700 Europese soorten, waaronder aansprekende soorten als de Iberische lynx, worden met uitsterven bedreigd als gevolg van de vernietiging, achteruitgang of verstoring van hun habitats.

Wereldwijd zijn de gevolgen van de klimaatverandering voor de samenleving en de natuurlijke hulpbronnen al zichtbaar. Naar verwachting zullen zij zelfs nog duidelijker worden — ook als de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen drastisch wordt verlaagd. Het rapport benadrukt dat aanpassing aan de potentiële risico’s van toekomstige gevolgen van de klimaatverandering dringend vereist is.

"De ministers hebben de conferentie in Belgrado tot ‘conferentie van de resultaten’ bestempeld. Ons rapport laat zien dat er vorderingen zijn gemaakt. De luchtverontreiniging is gedeeltelijk teruggedrongen en de afvalwaterzuivering is verbeterd. In deze tijd van veranderingen zijn er echter nog altijd redenen tot grote bezorgdheid, bijvoorbeeld het klimaat, de biodiversiteit en milieugerelateerde gezondheidsbedreigingen. Om te kunnen reageren op deze gecompliceerde milieuproblemen is blijvende samenwerking binnen de hele pan-Europese regio nodig, evenals doelgerichte financiële en technische ondersteuning", aldus professor McGlade.

Noot voor redacteuren:

Het volledige rapport is te vinden op:
http://www.eea.europa.eu/pan-european/fourth-assessment

Het milieu in Europa: de vierde balans

Het milieu in Europa: de vierde balans, dat het resultaat is van een ongekende samenwerking in het uitwisselen van informatie, heeft ten doel actuele en betrouwbare informatie over de interacties tussen milieu en samenleving te verschaffen en de aandacht te vestigen op vooruitgang die is geboekt in relatie tot milieudoelstellingen op pan-Europees niveau.

Van Kiev naar Belgrado

In het ‘Milieu voor Europa’-proces (MvE) werken momenteel 56 landen, verspreid over drie continenten, samen om uitdagingen op milieugebied het hoofd te bieden. Het proces is een uniek partnerschap van de erbij aangesloten landen binnen de regio van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (UNECE). Ook VN-organisaties die in de regio vertegenwoordigd zijn nemen deel aan het MvE-proces, evenals andere intergouvernementele organisaties, regionale milieucentra, niet-gouvernementele organisaties en andere grote groepen.

Ter ondersteuning van dit proces heeft het EMA een reeks milieubeoordelingen opgesteld voor de pan-Europese regio, om op die manier beleidsrelevante, actuele en betrouwbare informatie te verschaffen over de interacties tussen milieu en samenleving.

De eerste alomvattende beoordeling van de toestand van het pan-Europese milieu werd in 1995 gepresenteerd in Sofia. Geactualiseerde beoordelingen werden tijdens de ministeriële conferenties in Aarhus (1998) en Kiev (2003) ter tafel gelegd.

Dit is het vierde rapport in de reeks. Waar mogelijk wordt in het rapport geëvalueerd welke vorderingen zijn gemaakt, voornamelijk ten opzichte van de doelstellingen van het zesde milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap en de milieustrategie voor Oost-Europa, de Kaukasus en Centraal-Azië.

Het rapport Het milieu in Europa: de vierde balans bestrijkt 53 landen: Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, België, Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Georgië, Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië, Kazachstan, Kirgizië, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Moldavië, Monaco, Montenegro, Nederland, Noorwegen, Oekraïne, Oezbekistan, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Rusland, San Marino, Servië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tadzjikistan, Tsjechië, Turkije, Turkmenistan, het Verenigd Koninkrijk, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Wit-Rusland, Zweden en Zwitserland.

Over het Europees Milieuagentschap (EMA)

Het EMA is gevestigd in Kopenhagen. Het agentschap heeft tot doel bij te dragen tot significante, meetbare verbeteringen van het milieu in Europa door het verstrekken van tijdige, doelgerichte, relevante en betrouwbare informatie aan beleidsmakers en het algemene publiek.

Meer informatie over het EMA vindt u op onze website: http://www.eea.europa.eu

Contactgegevens:

Voor vragen van de media:

Brendan Killeen
Persvoorlichter

Tel.: +45 33 36 72 69
Mobiel: +45 23 68 36 71

Marion Hannerup
Hoofd Communications and Corporate Affairs

Tel.: +45 33 36 71 60
Mobiel: +45 51 33 22 43

Permalinks

Documentacties